Op 17 januari 2019 hebben minister Ollongren en VNG-voorzitter Van Zanen een akkoord ondertekend (foto: VNG) over de implementatie en invoering van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Het akkoord is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland, samen met de G4, G40 en Brandweer NL. Het akkoord regelt onder meer de rol van de gemeente na invoering van de wet en bevat afspraken over de voorwaarden waaronder de wet kan worden ingevoerd. De VNG geeft aan dat met deze afspraken en de Wkb belangrijke stappen worden gezet om de bouwkwaliteit in Nederland te verhogen.
Het akkoord gaat uit van invoering van de Wkb per 2021 [Red: 1 juli 2022], tegelijk met de Omgevingswet. Afgesproken is dat de wet alleen in werking zal treden als er voldoende waarborgen zijn dat bouwprojecten onder het nieuwe stelsel doorgang kunnen vinden. Hiertoe moet de ondersteunende ICT op orde te zijn, moeten er voldoende kwaliteitsborgers zijn en moet de toelatingsorganisatie tijdig operationeel zijn. Partijen hebben afgesproken dat er een regiegroep wordt gevormd die aan de slag gaat met de implementatie van de wet en met nieuwe proefprojecten.
Met deze belangrijke stap lijkt één van de grootste bezwaren van de Eerste Kamer uit de weg te zijn. Onduidelijk is nog of aan het tweede bezwaar – onduidelijkheid over de aansprakelijkheid – met de brief van juli voldoende is tegemoet gekomen. Het is de hoop dat de Eerste Kamer nu wel snel de behandeling van de wet hervat en de bouw duidelijkheid geeft over de Wkb.
De tekst van het Bestuursakkoord is via deze link te lezen. Inmiddels heeft de minister van BZK het bestuursakkoord, mede namens de VNG, aangeboden aan de Eerste Kamer.